Na een coronavaccinatie tijdens de zwangerschap ontstaat er geen verhoogd risico op een vroeggeboorte. Dit blijkt uit onderzoek van Moeders van Morgen Lareb. De bevindingen bevestigen eerder internationaal onderzoek.
Moeders van Morgen Lareb onderzoekt geneesmiddelengebruik van en vaccinaties bij zwangere vrouwen. Zij ontvangen vragenlijsten hierover tijdens de zwangerschap. In dit onderzoek volgde Moeders van Morgen 5.910 zwangere vrouwen in de periode van februari 2021 tot augustus 2022. Binnen deze grote groep vrouwen bekeken onderzoekers of en hoe vaak een vroeggeboorte voorkwam na een coronavaccinatie.
Geen groter risico
Vrouwen met een coronavaccinatie werden vergeleken met vrouwen die geen vaccinatie hadden gekregen tijdens de zwangerschap. In totaal ging het om een groep van 5.226 deelneemsters die tenminste één coronavaccinatie hadden gehad. Bijna alle vrouwen (85%) ontvingen het Pfizer-BioNTech vaccin. Een kleiner deel kreeg het Moderna-vaccin (12%) en de overige vrouwen het AstraZeneca of het Janssen-vaccin. Het risico op een vroeggeboorte was niet anders bij deze vrouwen dan bij vrouwen die niet gevaccineerd waren.
Trimester maakte niet uit
In welk trimester de zwangere vrouw de coronavaccinatie had gehad was eveneens meegenomen in het onderzoek. Het maakte niet uit of de coronavaccinatie in het eerste, tweede of derde trimester werd gegeven. Het risico op vroeggeboorte bleef gelijk en was niet hoger dan normaal.
Hetzelfde geldt voor vrouwen die voordat ze zwanger werden gevaccineerd waren met een coronavaccin.
Veilig voor moeder en kind
Uit internationaal onderzoek bleek al eerder dat vaccinatie met het coronavaccin van Pfizer of Moderna geen nadelige gevolgen heeft voor de zwangerschap en het kind. Dit onderzoek van Moeders van Morgen bevestigt dit voor vroeggeboortes.
The risk of preterm labor after COVID-19 vaccination before and during pregnancy
Bron: lareb.nl