Titel: Speel je vaardig Junior – Werken met spellen om executieve functies (en taal) te ontwikkelen bij jonge kinderen.
Auteurs: Heidi van de Westerlaken (specialist hoogbegaafdheid) en Margot Zijtregtop (eigenaar van De Spellenwinkel in Breda).
Recensie: Femke van Dijk
‘Speel je vaardig Junior’ ziet er mooi uit qua kleur en vormgeving, met per spel aanknopingspunten om zowel de executieve functies als de taalontwikkeling te stimuleren. Ook geeft het boek een goed overzicht van de spellen die er bestaan en de indeling per soort spellen. De signaleringslijst, het registratieblad en de richtvragen zijn bovendien mooie hulpmiddelen om de voortgang bij een kind te volgen. En dankzij de ringband kun je de bladzijdes makkelijk omslaan. Toch is onze recensent Femke van Dijk een beetje teleurgesteld.
De opbouw bestaat uit een indeling in vier soorten spellen: denkspellen voor 1 speler, strategische denkspellen, coöperatieve spellen en reactiespellen. Aan het eind zit nog een inhoudsopgave met alle spellen en registratiebladen. Per spel wordt in een schema aangegeven welke executieve functies het meest geoefend worden bij dat spel. Verder staan er opties bij om een spel moeilijker of makkelijker te maken en tips voor de taal en de woordenschat.
Heldere uitleg
De inleiding zet helder uit wat de executieve functies zijn en waarom het belangrijk is dat kinderen deze functies goed ontwikkelen. Ook volgt er een lijst per functie met aanwijzingen voor het signaleren. Bij de executieve functie ‘organisatie’ lees je bijvoorbeeld: “kan speelgoed niet op de juiste plek opruimen”, “kan jas en schoenen niet op de juiste manier opruimen”, “kan na het eten zijn bord niet op de juiste plek zetten” en “laat overal speelgoed slingeren”. Zo wordt het voor de lezer heel duidelijk wat elke functie inhoudt. Dan volgen er nog tips voor de taalontwikkeling en de woordenschat. Dat is altijd goed om mee te nemen. Bovendien wordt het boek zo ook bruikbaar voor logopedisten of ouders van kinderen met taalmoeilijkheden. Het onderdeel terugkoppeling naar de dagelijkse activiteiten is eveneens waardevol. Je leest hier bijvoorbeeld dat je “het wachten op je beurt” kan oefenen in een spel en daar in een gesprekssituatie aan terug kan refereren, bijvoorbeeld: “Ik ben even aan het praten, wacht maar even op je beurt, net als bij kwartet.”
Spellen per onderdeel
Voor een duidelijk beeld volgen hier voorbeelden van de spellen per onderdeel.
Bij het onderdeel denkspellen voor 1 speler hoort bijvoorbeeld de smart game Roodkapje. Dit is een leuk spel waar ook een prentenboek bij hoort. Er zit een boekje bij waarin de niveaus oplopen in moeilijkheid. De bedoeling is dat je met de aangegeven stukken de route van roodkapje naar het huisje neer kan leggen. Een kind kan dit alleen spelen, maar ook samen. Verder kan je er bij vertellen over sprookjes en benoemen wat je allemaal ziet. Dit is afhankelijk van het niveau en leeftijd van het kind, hoe moeilijk of makkelijk je dat aanbiedt. Voor het kunnen leren leren*) is het goed dat je je kind of leerling helpt om het nog eens te doen of een level hoger te proberen. De executieve functies die je met dit spel oefent zijn: respons-inhibitie, volgehouden aandacht, doelgericht gedrag en organisatie.
Het tweede onderdeel gaat over strategische denkspellen. Een leuk spel dat daar bij past is het spel Jakkiebak! Kippenkak! Bij dit spel moet je zorgen dat je alle veren in je (kippen)-staart krijgt. Hierbij oefen je heel goed het werkgeheugen omdat je moet onthouden welk plaatje waar ligt. Als je aan de beurt bent mag je een kaartje omdraaien. Wanneer dit kaartje hetzelfde is als het kaartje dat voor je ligt, dan mag je een plek vooruit. Wanneer je achter een andere kip staat en het plaatje omdraait dat hetzelfde is als het plaatje voor die kip, mag je over de kip heen springen en zijn veer in je eigen kippenstaart steken. De executieve functies die je met dit spel oefent zijn: emotieregulatie, volgehouden aandacht, doelgericht gedrag en werkgeheugen.
Een mooi voorbeeld van het derde onderdeel, de coöperatieve spellen, is Eerste boomgaard. Bij dit spel is het de bedoeling dat je samen speelt tegen de raaf. De spelers proberen het fruit geplukt te hebben voordat de raaf de boomgaard bereikt heeft. Het is mooi vormgegeven met gekleurd houten fruit in felle kleuren. Dit spel spreekt zeer tot de verbeelding bij jonge kinderen. De executieve functies die je met dit spel oefent zijn: respons-inhibitie, emotieregulatie, volgehouden aandacht en taakinitiatie.
Als laatste volgt het onderdeel reactiespellen. Een voorbeeld daarvan is het spel Dobble kids. Dit is een blikje met ronde kaarten waar afbeeldingen op staan. Er zijn vijf manieren om het spel te spelen. Maar het uitgangspunt is dat je zo snel mogelijk het dier zoekt en noemt dat op jouw eigen kaart staat. Degene die dat het snelste doet, mag de kaart afleggen of pakken (afhankelijk van de spelvariatie). De executieve functies die je met dit spel oefent zijn: respons-inhibitie, volgehouden aandacht, taakinitiatie en flexibiliteit.
Eindoordeel
Hoewel het boek er prachtig uit ziet, goed vormgegeven is en er bij elk spel tips voor de taal en de woordenschat staan, ben ik toch een beetje teleurgesteld. Van de buitenkant en de inleiding had ik verwacht uitgewerkte spellen te vinden die ik thuis of op mijn werk op school als logopedist zou kunnen gebruiken om de executieve functies te oefenen met leerlingen. En hoewel de spellen mooi op de foto staan met een duidelijke uitleg en een woordenlijst er bij, krijg ik toch de indruk dat het boek eigenlijk een reclamefolder is voor spellen.
Begrijp me niet verkeerd. Ik houd van spelletjes, en smart games zijn inderdaad prachtige spellen om de executieve functies mee te oefenen. Maar om met dit boek aan de slag te gaan, zul je dus eerst een aantal spellen moeten aanschaffen. En bij de spellen zelf zit normaal al een handleiding. De indeling, schema’s en tips voor taal en woordenschat zijn daarop een mooie aanvulling, maar verder heb je dit boek volgens mij dus eigenlijk niet nodig om met smart games en andere spellen aan de slag te gaan.
Wellicht dat de titel en de buitenkant van het boek me een andere verwachting gaven. Naar mijn mening zou je aan de titel moeten kunnen aflezen dat het om een goed uitgewerkt overzicht van spellen en smart games gaat, ingedeeld in spelsoorten. Zodat het voor een koper duidelijk is dat boek een aanvulling is op de spellen / smartgames die hij heeft of tot zijn beschikking heeft. Het boek is bedoeld voor het werken met jonge kinderen, maar in mijn optiek deels ook zeker voor wat oudere basisschoolkinderen te gebruiken.
*) ‘Leren leren’ betekent het leren hoe te leren. Het is een metavaardigheid. Je leest hier bijvoorbeeld vaak over bij kinderen met een hoog ontwikkelingspotentieel (ofwel meer- of hoogbegaafdheid). Zij hebben het nodig om af en toe ergens tegenaan te lopen wat niet meteen lukt, zodat ze leren om door te zetten, en door een leerkuil heen te gaan. Daarmee ontwikkelen ze hun executieve functies, die ze later weer nodig hebben bij bijvoorbeeld het leren op de middelbare school.
Femke van Dijk is moeder van een dochter (5 jaar) en werkzaam als logopedist op twee scholen voor speciaal basisonderwijs in Groningen. Hier geeft zij individuele behandelingen en groepsbehandelingen. (foto Obed Brinkman)